Dag 91 als ex-drinker: over alcohol in mijn studententijd en de ratio gasten:wijn

Ik ga studeren in één van de bekendste studentensteden van Nederland en word lid van een studentenvereniging. Drank hoort bij het nieuwe leven, daarover worden geen moeilijke vragen gesteld. In het studentenhuis waar ik woon worden elke week kratten bier bezorgd, het hoort bij de reguliere huishoudelijke kosten, net als brood, melk en beleg. Er wordt elke dag gedronken, door iedereen. Alleen in studietijd niet, dan drink je (vrij strikt) niet. Het eerste dat je na je laatste tentamen doet, is dronken worden.

Daarin was ik echt geen uitzondering. Ik kan nu niet goed inschatten of ik nou meer dronk dan de rest, daar was ik ook helemaal niet mee bezig. Ik was stoer omdat ik mee kon drinken met de jongens. Als je ‘kerels onder de tafel kon drinken’ was dat iets positiefs, daar werd je om geroemd.

Ik krijg een baantje in een hotel. Drinken (en roken) is ook hier de default. Mijn vriendin Peet en ik werken eerst als ontbijtmedewerkers, dat betekent heel vroeg opstaan. We zijn jong en denken onoverwinnelijk te zijn. Dus staan we regelmatig na een uur of twee slapen -en met een kegel van heb ik je daar- ontbijtjes te serveren in een 4*hotel. We zijn jong, blond en mooi en krijgen alles voor elkaar. ’s Middags doen we een slaapje en ’s avonds gaan we weer op stap. Als er iemand ziek wordt van de drank, is dat normaal, eigenlijk grappig, we vallen daar niet over. Peet rijdt na een uit de hand gelopen feestje (zonder rijbewijs) de auto van onze baas tegen een lantaarnpaal. Die baas zit er overigens naast en vindt het hilarisch. We hebben een ‘blind date diner’ en dat vind ik zo spannend dat ik veel te veel drink bij de borrel en al voor het voorgerecht doodziek in bed word gelegd bij een vriendin die in de buurt woont. Vriendinnen die geen wijn drinken, lachen we uit en dwingen we min of meer om andere soorten alcohol te nuttigen. Geen bier, geen wijn? Dan drink je maar Safari-jus of iets anders goors. Peet en ik vinden dat deze mensen een gebrekkige opvoeding hebben gehad, welke ouders hebben je nou niet geleerd om fatsoenlijk een glas wijn te drinken? In het studentenhuis waar ik woon worden regelmatig diners gehouden. In mijn eerste jaar val ik bijna van mijn stoel: er worden net zo veel flessen wijn aangeschaft als gasten uitgenodigd! Na een jaar vind ik dit normaal en is 1,5 fles wijn p.p. (naast je reguliere biervoorraad) de norm.

Dit teruglezend begin ik steeds beter te begrijpen hoe geleidelijk alcohol zo’n rode draad in mijn leven kon gaan spelen. En hoe cultureel ingebed dit is. Ik vond dit écht normaal en heb tot een paar maanden geleden nog de 1,5 à 2 flessen wijn per gast aangehouden (en dan kwamen we nog wel eens tekort). Drinken en autorijden heb ik nooit gedaan; de ouders van mijn moeder zijn beiden (één voor één) omgekomen in het verkeer, beide ongelukken werden veroorzaakt door beschonken bestuurders. Dit heeft een niet te beschrijven wond achtergelaten in het leven van mijn moeder. Daar lag en ligt dus de grens, die ik, ook niet stomdronken, overschrijd. En geen drugs, voor drugs ben ik bang. Maar verder heb ik alles gedaan wat riskant, dom en gevaarlijk was. Met onbekende mannen slapen, ’s nachts zo dronken over straat gaan dat je niet begrijpt dat je ooit thuis bent gekomen, ongelukken op de fiets die allemaal maar net goed afgelopen zijn. Ook hierover denk ik niet dat ik uitzonderlijk was, dit paste totaal binnen de subcultuur waarin ik functioneerde. Ik denk hoogstens dat ik na mijn studententijd meer moeite heb gehad om die levensstijl los te laten en dat mijn omstandigheden ook ruimte lieten voor het min of meer voortzetten van deze ‘hedonistische’ leefstijl, om het maar eens vergoelijkend samen te vatten.

Ik maak promotie in het hotel en mag ’s avonds in het restaurant in de bediening gaan werken. Het restaurant is van hoog niveau en ik word ingelijfd in de wereld van culinaire prietpraat en vinologisch geklets. Ik vind het fantastisch.

Regelmatig verneuken we rijke en arrogante gasten (liefst makelaars of mensen uit de voetbalwereld) en schenken huiswijn over in dure flessen Petrus. We lachen ons ziek wanneer ze al gorgelend over elkaar heen vallen met overtreffende opmerkingen over de wijn.

Eén keer pak ik de autosleutels van een bekende voetbaltrainer af, omdat hij in de auto wil stappen na een avond stevig doordrinken. Woedend is hij, maar ik houd voet bij stuk. De volgende dag worden er bij bloemen bij het hotel bezorgd; voor de serveerster die zo streng was. Het einde van mijn studie nadert, ik loop overdag stage en werk in de avonden in het restaurant. Ik drink (vermoedelijk) elke avond na mijn werk wel een paar drankjes en ga de volgende dag weer aan het werk op mijn stageadres.

Geen vuiltje aan de lucht.

Maar met terugwerkende kracht zie ik dat de alcohol mij steeds steviger in zijn greep krijgt.


Een reactie op “Dag 91 als ex-drinker: over alcohol in mijn studententijd en de ratio gasten:wijn

  1. “Vinologisch geklets” hahaha. Ik heb geen verstand van wijn – het is lekker of niet- maar die verhaaltjes intrigeren me behoorlijk. Vooral hoe lang ze soms kunnen duren. En als je een 5/6/7-gangen diner hebt ben ik er na 3 verhaaltjes wel klaar mee en dwalen mijn gedachten af naar andere zaken.

    Like

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s