Dag 76 als ex-drinker: over drinkende moeders en hoge bergen

De dagen van sociale onthouding vallen ook mij zwaar. Ik ben zo blij dat ik geen alcohol meer drink, deze periode was anders voor mij echt een perfect recept geweest om mij te buiten te gaan aan witte wijn. Ik was in de stress geraakt bij onvoldoende wijn in huis, was ongetwijfeld gaan hamsteren en had zeker veel te veel gedronken. Dat kan nu niet, mijn werk vraagt veel van mij en ik ben blij dat ik optimaal kan presteren. Alle grappige insta posts die er gemaakt worden over hoe wijn en alcohol ons door deze periode heen zou moeten helpen irriteren mij mateloos. Alcohol gaat ons nu niet redden!! Dat gezegd hebbende ga ik terug naar waar ik gebleven was.

De volgende ochtend rijd ik door naar Italië. Ik drink een avond weer geen alcohol. Mijn ouders arriveren de volgende dag, we dineren samen en ik ‘mag’ vanavond alcohol drinken. Met mijn moeder borrel ik. Ik drink een biertje en nog één. In het zonnetje, heerlijk vind ik het. Bij het diner drinken we met zijn drieën een fles wijn. Ik kan het redelijk hanteren, maar voel wel iets van de bekende obsessie met de wijnfles (hoeveel zit er nog in? Zouden ze nog een fles bestellen? Wil ik nog? Niet? Sluimerende gedachten, maar ze zijn er wel.)

De dag erna drink ik weer niet. Ik heb mij zelf een soort om-en-om beloofd, moet ook dagen niet drinken, dat realiseer ik mij goed. Maar de geen-alcohol dagen vallen mij best zwaar, ik verheug mij op telkens op morgen. De hoeveelheden nemen langzaam toe. Twee biertjes voor het eten, samen 2 flessen wijn bij het eten en als ik tussendoor nog een glas champagne kan versieren, laat ik dat niet. Mijn moeder drinkt enthousiast mee, zij heeft niet zo veel te doen overdag, ik wandel met mijn vader en zij kan niet goed lopen. Het lijkt haar feestje aan het einde van de dag.

Mijn moeder heeft een nare dronk. Ze wordt vervelend, luistert slecht en zoekt vaak ruzie. De volgende dag ontkent ze dat. Als kind hebben mijn broer en ik hier erg onder geleden. Ze was onvoorspelbaar en kon zich bij tijd en wijlen bijzonder naar gedragen. Het troebleert onze relatie tot de dag van vandaag. Ze heeft een tijd niet gedronken, maar is in de laatste jaren weer afgegleden. Ik lijk veel op haar, qua uiterlijk en verslavingsgevoeligheid. Ik heb alleen nooit zo lelijk gedaan tegen de mensen waar ik van houd, zit ook niet in mijn karakter. Maar ik ben werkelijk als de dood dat ik tot zo’n ontevreden, boos iemand verword.

De laatste avond dat mijn ouders er zijn mag ik drinken. Mijn moeder is al aangeschoten voor we aan tafel gaan en heeft dat conflictueuze dat we van haar kennen wanneer ze gedronken heeft. Het wordt een vervelende avond en zo snel als het dessert genuttigd is, vertrek ik naar mijn kamer, om te voorkomen dat het escaleert tussen mij en mijn moeder of tussen haar en mijn vader. Het is 21 uur en zo vieren we onze laatste vakantieavond samen, alleen in onze eigen hotelkamer op ons eigen balkon. Ik zie mijn moeder nog beneden scharrelen met een sigaret in haar ene hand en een glas wijn in de andere. De volgende ochtend verschijnt ze met een belachelijk grote zonnebril op aan het ontbijt. Haar ogen zijn opgezet ‘door het zoute eten’ en ze heeft slecht geslapen. Ik weet mij geen houding te geven. Ze heeft de laatste avond samen in Italië verpest en wast haar handen in onschuld. Ik ben enorm blij wanneer ze vertrekken, hoewel ik mijn vader graag bij mij had willen houden.

De relatie met mijn moeder is problematisch, altijd geweest. Zij kampt met een scala aan psychische problemen, waaronder anorexia en angst. Ze is extreem onzeker en daardoor erg op zichzelf gericht. Onze jeugd is sterk bepaald door haar problemen en alcohol speelde daar een grote rol in. Ik heb gezworen nooit op haar te gaan lijken en toch heb ik de afgelopen jaren meer gedronken dan zij. Ik haat deze laatste zin, ik vind het afschuwelijk dat ik het zo ver heb laten komen. Ik weet hoeveel verdriet alcohol kan veroorzaken en toch heb ik mij zo laten gaan. Ik wil nu hoe dan ook niet dat mijn alcoholgebruik tot nog meer worstelingen tussen haar en mij leidt. Ik wil uit het contact stappen met haar wanneer ze gedronken heeft, ik wil er niet meer bij zijn, niet meer aan mee doen. Mijn hoofd moet helder zijn en ik wil mezelf beschermen tegen hoe mijn moeder kan doen wanneer ze gedronken heeft.

Als mijn ouders vertrokken zijn maak ik een prachtige wandeling door hoge bergen en geniet ik van de rust nu deze gespannen dynamiek voorbij is. Bij de borrel vier ik mijn vrijheid met een biertje, bij het eten bestel ik een karafje wijn. De volgende dag bestel ik bij de lunch een biertje. En een glas wijn. En nog één. Denk ik. Ik weet het niet meer.

Wordt vervolgd.


Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s